Strike, for better safety - 1983

In de kruitfabriek leggen werknemers het werk neer na een ontploffing. Op 30 mei 1983 vond er een ontploffing plaats in een kruitmagazijn tijdens verladingswerkzaamheden. Drie Surinaamse werknemers vinden de dood. De oorzaak is vermoedelijk statische elektriciteit. De Gooi- en Eemlander schrijft in een redactioneel commentaar: "Letterlijk in één klap liggen de twijfels weer voor het oprapen: hoe veilig is een kruitfabriek? Het is nu de elfde keer dat er in de fabriek in Muiden een ontploffing heeft plaatsgevonden, dus mag onderhand in redelijkheid worden vastgesteld dat een kruitfabriek onveilig is. Voor het herstel van de veiligheid bestaat er in feite maar één oplossing: de fabriek sluiten. (…) De directie heeft laten doorschemeren dat er geen behoefte is aan een verplaatsing. De beveiliging heeft gewerkt, zo werd min of meer vastgesteld. Alleen de betrokken arbeiders zijn om het leven gekomen. Het is een opmerkelijke verklaring van de fabrieksleiding, die ook overigens opmerkelijk handelde. Meteen na de ontploffing werd al het personeel als het ware bijeengedreven en met een zwijgplicht naar huis gezonden. Ziekenauto's en politie mochten aanvankelijk het terrein niet betreden, en dit alles onder het motto dat het bedrijf de zaken volledig in de hand had." Het tweede kamerlid Stoffelen stelt kritische vragen aan de Ministers van Defensie, Soc. Zaken, en Binnenlandse Zaken. Hij vraagt zich onder meer af of verdere veiligheidsmaatregelen noodzakelijk zijn, en of de fabriek nog wel in Muiden gehandhaafd kan blijven. Verder informeert hij of de gemeente Muiden in haar rampenplan rekening houdt met naar buiten tredende calamiteiten bij Muiden Chemie. Op 9 september 1983 was weer het raak: Er vindt een explosie plaats in twee luchtdroogbakken, de deel uitmaakte deel van serie van negen bakken . De oorzaak is een raadsel: de stabiliteit was volgens fabrieksnormen, alles lijkt normaal verlopen te zijn. De droogbak was aangesloten op een ziftinrichting en dat kruit moet plotseling tot ontbranding zijn gekomen. Dat is overgeslagen naar tweede bak, die buiten stond. De onderzoekers concluderen dat is dat het relatief ongevaarlijke gevaarsklasse 1.3 LC-kruit op een niet te beredeneren wijze is ontstoken. In een droogbak die aangesloten was op een ziftinrichting moet het kruit plotseling tot ontbranding zijn gekomen. Eén werknemer, een 25-jarige Muidenaar, die er slechts drie maanden werkte, kwam om het leven. Omdat oorzaak onbekend is, kunnen ook geen maatregelen om herhaling te voorkomen worden getroffen. Het bedrijf is toen gewezen op de verplichting een arbeidsveiligheidsrapport (AVR) op te stellen. De gemoederen blijven nog heel lang verhit na vier doden in enkele maanden tijd, en de Industriebond CNV wenst pas de productie te hervatten als er wél een oorzaak van het ongeval bekend is. Op 17 oktober dwingt de directie van Muiden Chemie de werknemers het werk te hervatten, op straffe van ontslag.

Strike, for better safety - 1983

In de kruitfabriek leggen werknemers het werk neer na een ontploffing. Op 30 mei 1983 vond er een ontploffing plaats in een kruitmagazijn tijdens verladingswerkzaamheden. Drie Surinaamse werknemers vinden de dood. De oorzaak is vermoedelijk statische elektriciteit. De Gooi- en Eemlander schrijft in een redactioneel commentaar: "Letterlijk in één klap liggen de twijfels weer voor het oprapen: hoe veilig is een kruitfabriek? Het is nu de elfde keer dat er in de fabriek in Muiden een ontploffing heeft plaatsgevonden, dus mag onderhand in redelijkheid worden vastgesteld dat een kruitfabriek onveilig is. Voor het herstel van de veiligheid bestaat er in feite maar één oplossing: de fabriek sluiten. (…) De directie heeft laten doorschemeren dat er geen behoefte is aan een verplaatsing. De beveiliging heeft gewerkt, zo werd min of meer vastgesteld. Alleen de betrokken arbeiders zijn om het leven gekomen. Het is een opmerkelijke verklaring van de fabrieksleiding, die ook overigens opmerkelijk handelde. Meteen na de ontploffing werd al het personeel als het ware bijeengedreven en met een zwijgplicht naar huis gezonden. Ziekenauto's en politie mochten aanvankelijk het terrein niet betreden, en dit alles onder het motto dat het bedrijf de zaken volledig in de hand had." Het tweede kamerlid Stoffelen stelt kritische vragen aan de Ministers van Defensie, Soc. Zaken, en Binnenlandse Zaken. Hij vraagt zich onder meer af of verdere veiligheidsmaatregelen noodzakelijk zijn, en of de fabriek nog wel in Muiden gehandhaafd kan blijven. Verder informeert hij of de gemeente Muiden in haar rampenplan rekening houdt met naar buiten tredende calamiteiten bij Muiden Chemie. Op 9 september 1983 was weer het raak: Er vindt een explosie plaats in twee luchtdroogbakken, de deel uitmaakte deel van serie van negen bakken . De oorzaak is een raadsel: de stabiliteit was volgens fabrieksnormen, alles lijkt normaal verlopen te zijn. De droogbak was aangesloten op een ziftinrichting en dat kruit moet plotseling tot ontbranding zijn gekomen. Dat is overgeslagen naar tweede bak, die buiten stond. De onderzoekers concluderen dat is dat het relatief ongevaarlijke gevaarsklasse 1.3 LC-kruit op een niet te beredeneren wijze is ontstoken. In een droogbak die aangesloten was op een ziftinrichting moet het kruit plotseling tot ontbranding zijn gekomen. Eén werknemer, een 25-jarige Muidenaar, die er slechts drie maanden werkte, kwam om het leven. Omdat oorzaak onbekend is, kunnen ook geen maatregelen om herhaling te voorkomen worden getroffen. Het bedrijf is toen gewezen op de verplichting een arbeidsveiligheidsrapport (AVR) op te stellen. De gemoederen blijven nog heel lang verhit na vier doden in enkele maanden tijd, en de Industriebond CNV wenst pas de productie te hervatten als er wél een oorzaak van het ongeval bekend is. Op 17 oktober dwingt de directie van Muiden Chemie de werknemers het werk te hervatten, op straffe van ontslag.