Terwijl de overheden in opdracht van de landelijke overheid inzetten op de nullijn, eisten de bonden een loonsverhoging van 1,5 procent. De eerste actie was een werkonderbreking van 300 provinciale amtenaren in Middelburg. Op 17 februari legden de vuilnismannen en stratenvegers in Amsterdam het werk neer voor 24 uur neer, nadat op 9 februari 150 man hen in Utrecht was voorgegaan. Op die dag voerden enkele tientallen brandweerlieden in Den Haag actie bij het kantoor van de VNG. Tegen verhoging van de AOW-leeftijd en voor een betere CAO. Deze actie ging buiten de bonden om. De acties worden door de bonden rechtstreeks tegen de gemeenten en provincies gevoerd en niet tegen VNG en TPO omdat ze zo hopen scheurtjes in het front te veroorzaken. Op 24 februari legden 500 ambtenaren in Groningen het werk twee uur neer en op 2 maart was het de beurt aan Eindhoven. De bonden dreigden inmiddels met verdergaande acties als het overleg van 8 maart niets oplevert. In april volgden er nieuwe acties zoals die van Nijmeegse gemeenteambtenaren op 20 april en de acties van parkeercontroleurs in Den Haag, Utrecht (140), Haarlem, Haarlemmermeer en Hoorn. De grote klap wordt de actie van de reinigers in Amsterdam op en rond koninginnedag. De gemeente probeert deze via een kort geding te laten verbieden maar de rechter gaat daar niet in mee. Op 28 april demonstreerden ongeveer 4-500 ambtenaren, vooral brandweerlieden in Den Haag en boden de burgemeester een petitie aan. Vooral de grote acties in Amsterdam en Utrecht vanaf 30 april leidden tot een akkoord op 15 mei. De harde data zijn overgenomen van het CBS voor Open Bestuur in 2010 (3 stakingen, 3600 stakers en 8200 gestaakte dagen). Het aantal van 3 stakingen in Openbaar bestuur komt niet overeen met mijn gegevens, misschien zijn de acties van militairen hier ook in opgenomen?