Deze staking brak uit tijdens een uitsluiting van bakkersgezellen in Den Haag, maar ging om het ontslag van een collega, die had geijverd tegen nachtarbeid. De steun van het publiek (fl. 7,08 opgehaald in Den Haag) en het NAS was gering. Na een dag gingen al weer vijf arbeiders aan het werk; de rest voerde een verloren strijd. Op 2 januari was het bedrijf weer volop in bedrijf. De genoemde uitsluiting (formeel waren de 80 arbeiders overigens gewoon ontslagen) vond plaats bij de Brood- en Meelfabriek na een aankondiging van de gezellen dat ze op 17 januari 1898 het werk neer zouden leggen tegen de zondagarbeid.