Zes kandelaars en twee opzetstukken

De kandelaars en de kandelabers passen in stijl en uitvoering bij twee kastanjevazen, in 1809/1810 vervaardigd door Diederik Lodewijk Bennewitz (cat.nrs. KA 5553-54). Samen vormen deze objecten een tiendelig tafelgarnituur 'à l'antique'. Het ensemble was een huwelijkscadeau van de wederzijdse families aan het bruidspaar Holthuysen-Lepeltak, de ouders van mevrouw Willet-Holthuysen, die op 8 mei 1811 trouwden. De bestelling bleef in de administratie van de firma Bonebakker bewaard. Op 8 november 1811, een half jaar na het huwelijk, wordt de aankoop vermeld door de heer Holthuisen van '6 driekante kandelaars met rozetten & biezen, plankjes in de voeten NGK 14:1:2' voor 700 gulden, alsmede een ronde blikken opbergtrommel die tien gulden kostte (geciteerd in: Vreeken 2000, p. 298). De opzetstukken heeft het echtpaar er vermoedelijk later zelf bij gekocht. Kandelaars en andere voorwerpen met het motief van een antieke drievoet werden in de eerste decennia van de negentiende eeuw veelvuldig door Bennewitz en andere zilversmeden toegepast. In de verzameling tekeningen van de Fa. As. Bonebakker & Zoon bevond zich een afbeelding van dit type kandelaar, die - op de rand van de vetvanger na - identiek is met de kandelaars in het Amsterdams Historisch Museum (Vreeken 2000, p. 299 afb. 2). Zie ook: Inleiding Vreeken, p. X afb. X.

Zes kandelaars en twee opzetstukken

De kandelaars en de kandelabers passen in stijl en uitvoering bij twee kastanjevazen, in 1809/1810 vervaardigd door Diederik Lodewijk Bennewitz (cat.nrs. KA 5553-54). Samen vormen deze objecten een tiendelig tafelgarnituur 'à l'antique'. Het ensemble was een huwelijkscadeau van de wederzijdse families aan het bruidspaar Holthuysen-Lepeltak, de ouders van mevrouw Willet-Holthuysen, die op 8 mei 1811 trouwden. De bestelling bleef in de administratie van de firma Bonebakker bewaard. Op 8 november 1811, een half jaar na het huwelijk, wordt de aankoop vermeld door de heer Holthuisen van '6 driekante kandelaars met rozetten & biezen, plankjes in de voeten NGK 14:1:2' voor 700 gulden, alsmede een ronde blikken opbergtrommel die tien gulden kostte (geciteerd in: Vreeken 2000, p. 298). De opzetstukken heeft het echtpaar er vermoedelijk later zelf bij gekocht. Kandelaars en andere voorwerpen met het motief van een antieke drievoet werden in de eerste decennia van de negentiende eeuw veelvuldig door Bennewitz en andere zilversmeden toegepast. In de verzameling tekeningen van de Fa. As. Bonebakker & Zoon bevond zich een afbeelding van dit type kandelaar, die - op de rand van de vetvanger na - identiek is met de kandelaars in het Amsterdams Historisch Museum (Vreeken 2000, p. 299 afb. 2). Zie ook: Inleiding Vreeken, p. X afb. X.