De herberg op Hollands-End aan het Gein, gezien over het water

Twee winterse voorstellingen met de herberg op Hollands-End, een grenspunt aan het Gein tussen Holland en Utrecht (cat. nrs. 30, 31). Het ene blad toont de herberg vanaf de weg en het andere blad vanaf de overkant van het riviertje. Op ‚‚n van beide (cat. nr. 30) is in de verte de kerktoren van Abcoude te zien en meer op de voorgrond waarschijnlijk de Broekzijdse molen. Cats maakte de tekeningen in zijn atelier waarbij hij zich moet hebben gebaseerd op schetsen, die hij had gemaakt tijdens een tocht langs het Gein. Jacob Cats behoorde samen met de verzamelaar en amateurtekenaar Johann Goll van Franckenstein (1722-1785) tot de eerste kunstenaars die na 1750 het riviertje het Gein afbeelden. Van beide voorstellingen zijn zomerse varianten bekend, de ‚‚n bevindt zich in Berlijn (afb. a) en de ander in een particuliere collectie. De laatste tekening maakte deel uit van Cats' portefeuille, hetgeen blijkt uit het nummer 521 aan de achterzijde. Tevens bevat het achterschrift de mededeling dat Cats een winterse versie maakte voor J. Fokke. Mogelijk werd hiermee de tekening in het AHM bedoeld.

De herberg op Hollands-End aan het Gein, gezien over het water

Twee winterse voorstellingen met de herberg op Hollands-End, een grenspunt aan het Gein tussen Holland en Utrecht (cat. nrs. 30, 31). Het ene blad toont de herberg vanaf de weg en het andere blad vanaf de overkant van het riviertje. Op ‚‚n van beide (cat. nr. 30) is in de verte de kerktoren van Abcoude te zien en meer op de voorgrond waarschijnlijk de Broekzijdse molen. Cats maakte de tekeningen in zijn atelier waarbij hij zich moet hebben gebaseerd op schetsen, die hij had gemaakt tijdens een tocht langs het Gein. Jacob Cats behoorde samen met de verzamelaar en amateurtekenaar Johann Goll van Franckenstein (1722-1785) tot de eerste kunstenaars die na 1750 het riviertje het Gein afbeelden. Van beide voorstellingen zijn zomerse varianten bekend, de ‚‚n bevindt zich in Berlijn (afb. a) en de ander in een particuliere collectie. De laatste tekening maakte deel uit van Cats' portefeuille, hetgeen blijkt uit het nummer 521 aan de achterzijde. Tevens bevat het achterschrift de mededeling dat Cats een winterse versie maakte voor J. Fokke. Mogelijk werd hiermee de tekening in het AHM bedoeld.