Prijspen van de Latijnse School

In 1748 ontvingen zes leerlingen van klas 6 de prijspen. Jacobus Creijghton, F.L.C. Grand, David Hoëb en Isaacus Ernestus de Petersen kregen met Pasen de begeerde 'argenteo calamo donati', Sigebertus Centen en Jacobus Klinkhamer in het najaar (GAA, Archief van de Rector der Latijnsche School, archiefnr. 260, dl 31). Dit exemplaar moet aan een van hen zijn overhandigd. In de pen is het cijfer zes gegrift, een verwijzing naar de klas waarin de winnaar zat. Vergeleken met de door een onbekende meester vervaardigde prijspen uit 1698 (cat.nr. KB 890) is dit exemplaar minder hoekig van vorm. Er is een aantal voorbeelden van dit latere model bewaard gebleven. Deze zijn deels van de hand van Jan Aernout Bos, die een aantal jaren lang de vaste leverancier van dit soort pennen is geweest. Zie voor een tweede pen van Bos in het Amsterdams Historisch Museum: cat.nr. KA 3870. Het Rijksmuseum te Amsterdam bezit eveneens twee exemplaren (De Lorm 2001~2, p. 120-121 nr. 63, 64) en een Amsterdamse particuliere verzameling drie. Zie het commentaar bij: cat.nr. KB 890.

Prijspen van de Latijnse School

In 1748 ontvingen zes leerlingen van klas 6 de prijspen. Jacobus Creijghton, F.L.C. Grand, David Hoëb en Isaacus Ernestus de Petersen kregen met Pasen de begeerde 'argenteo calamo donati', Sigebertus Centen en Jacobus Klinkhamer in het najaar (GAA, Archief van de Rector der Latijnsche School, archiefnr. 260, dl 31). Dit exemplaar moet aan een van hen zijn overhandigd. In de pen is het cijfer zes gegrift, een verwijzing naar de klas waarin de winnaar zat. Vergeleken met de door een onbekende meester vervaardigde prijspen uit 1698 (cat.nr. KB 890) is dit exemplaar minder hoekig van vorm. Er is een aantal voorbeelden van dit latere model bewaard gebleven. Deze zijn deels van de hand van Jan Aernout Bos, die een aantal jaren lang de vaste leverancier van dit soort pennen is geweest. Zie voor een tweede pen van Bos in het Amsterdams Historisch Museum: cat.nr. KA 3870. Het Rijksmuseum te Amsterdam bezit eveneens twee exemplaren (De Lorm 2001~2, p. 120-121 nr. 63, 64) en een Amsterdamse particuliere verzameling drie. Zie het commentaar bij: cat.nr. KB 890.