Een herder met schapen tussen de esdoorns in de Haarlemmerhout

Dit blad maakte Wybrand Hendriks in 1820 in de Haarlemmerhout, het bosgebied ten zuiden van Haarlem. Een verwant gezicht in de Hout door Hendriks uit hetzelfde jaar bevindt zich in het Haarlemse Gemeentearchief (afb. a). Beide tekeningen tonen een boerenscŠne in een bos, waarbij de bomen vrijwel geheel zijn weergegeven. De voorstellingen herinneren aan werk van 17de-eeuwse voorgangers zoals Adriaen van de Velde (1636-1672), door wie tal van 18de-eeuwse kunstenaars werden ge‹nspireerd. Omstreeks 1820 was het echter in zwang om alleen de rechte stammen van vooral beuken en berken af te beelden. Strakke verticale en horizontale lijnen in de composities werden verkozen boven de meer dynamische diagonale lijnen. Kruinen, gebladerte en lucht bleven dus buiten beschouwing. Hendriks koos voor de toentertijd ouderwetse manier van weergeven. De Haarlemmerhout bestond voornamelijk uit beuken, iepen, eiken en linden, maar de esdoorn was er dun gezaaid. Hendriks benadrukt dan ook aan de achterzijde van het blad dat hij hier een rij esdoorns heeft getekend.

Een herder met schapen tussen de esdoorns in de Haarlemmerhout

Dit blad maakte Wybrand Hendriks in 1820 in de Haarlemmerhout, het bosgebied ten zuiden van Haarlem. Een verwant gezicht in de Hout door Hendriks uit hetzelfde jaar bevindt zich in het Haarlemse Gemeentearchief (afb. a). Beide tekeningen tonen een boerenscŠne in een bos, waarbij de bomen vrijwel geheel zijn weergegeven. De voorstellingen herinneren aan werk van 17de-eeuwse voorgangers zoals Adriaen van de Velde (1636-1672), door wie tal van 18de-eeuwse kunstenaars werden ge‹nspireerd. Omstreeks 1820 was het echter in zwang om alleen de rechte stammen van vooral beuken en berken af te beelden. Strakke verticale en horizontale lijnen in de composities werden verkozen boven de meer dynamische diagonale lijnen. Kruinen, gebladerte en lucht bleven dus buiten beschouwing. Hendriks koos voor de toentertijd ouderwetse manier van weergeven. De Haarlemmerhout bestond voornamelijk uit beuken, iepen, eiken en linden, maar de esdoorn was er dun gezaaid. Hendriks benadrukt dan ook aan de achterzijde van het blad dat hij hier een rij esdoorns heeft getekend.