Willem Writs als kolfspeler

Van de groep van 19 tekeningen die in 1937 door het AHM als werk van Jurriaan Andriessen was aangekocht, kunnen slechts vijf aan Andriessen worden toegeschreven (zie cat. nrs. 6-10). Een zesde blad kan met enige voorzichtigheid aan Johannes Ziesenis (1770-1799) worden toegeschreven. Andriessen heeft de tekeningen wel in zijn bezit gehad, want de meeste figuurstudies zijn voorzien van de naam van degene die is afgebeeld, geschreven in het handschrift van Andriessen. Dergelijke notities door Andriessen komen ook voor op een groep van 21 vergelijkbare figuurstudies in de collectie van het Gemeentearchief te Amsterdam. Geen van de tekeningen is gesigneerd of gedateerd. Hoewel ze wat betreft techniek en materiaal op elkaar lijken, is de kwaliteit zo uiteenlopend dat het ongetwijfeld om werk van verschillende kunstenaars gaat. Beide groepen tekeningen kunnen op stilistische gronden en op grond van de kleding worden gedateerd tussen 1765-1770. Het feit dat er nauwelijks gesigneerde figuurstudies uit deze periode bekend zijn, maakt het onmogelijk om de tekeningen toe te schrijven. De namen op de bladen zijn van de leden van het Amsterdamse tekengenootschap Pax Artium Nutrix, zoals ook vermeld staat op het schutblad van de groep tekeningen in het Gemeentearchief. Een aantal namen komt in beide groepen voor: Willem Writs, Jan Gerard Waldorp, Pieter Louw, Jurriaan Buttner en Hendrik Schepper. In de tweede helft van de 18de eeuw maakten de tekengenootschappen een bloeiperiode door. De meeste genootschappen kwamen gedurende de wintermaanden ‚‚n of twee maal per week bijeen om te tekenen naar gekleed model. Het tekengenootschap Pax Artium Nutrix hield tussen omstreeks 1766 en 1788 zijn tekensessies in logement De Zon op de Nieuwendijk. Aanvankelijk poseerden de kunstenaars voor elkaar. De figuurstudies zijn nogal informeel, zowel wat houding betreft als tekenstijl. De modellen werden bijna allemaal ten voeten uit afgebeeld; de tekeningen zijn beslist geen portretten, maar puur oefeningen van verschillende houdingen. Niet alle personen die model zaten voor de tekenaars van Pax waren lid van het genootschap. Zoals Arend Fokke, die in 1765 hooguit tien jaar was en veel te jong voor lidmaatschap (cat. nr. 232). Ook het vrouwelijke model was niet lid, want vrouwen werden niet toegelaten (cat. nr. 227). Daarnaast ontbreken er enkele namen van kunstenaars die vermoedelijk wel lid zijn geweest, zoals Hendrik Kobell, Jurriaan Andriessen en Simon Fokke.

Willem Writs als kolfspeler

Van de groep van 19 tekeningen die in 1937 door het AHM als werk van Jurriaan Andriessen was aangekocht, kunnen slechts vijf aan Andriessen worden toegeschreven (zie cat. nrs. 6-10). Een zesde blad kan met enige voorzichtigheid aan Johannes Ziesenis (1770-1799) worden toegeschreven. Andriessen heeft de tekeningen wel in zijn bezit gehad, want de meeste figuurstudies zijn voorzien van de naam van degene die is afgebeeld, geschreven in het handschrift van Andriessen. Dergelijke notities door Andriessen komen ook voor op een groep van 21 vergelijkbare figuurstudies in de collectie van het Gemeentearchief te Amsterdam. Geen van de tekeningen is gesigneerd of gedateerd. Hoewel ze wat betreft techniek en materiaal op elkaar lijken, is de kwaliteit zo uiteenlopend dat het ongetwijfeld om werk van verschillende kunstenaars gaat. Beide groepen tekeningen kunnen op stilistische gronden en op grond van de kleding worden gedateerd tussen 1765-1770. Het feit dat er nauwelijks gesigneerde figuurstudies uit deze periode bekend zijn, maakt het onmogelijk om de tekeningen toe te schrijven. De namen op de bladen zijn van de leden van het Amsterdamse tekengenootschap Pax Artium Nutrix, zoals ook vermeld staat op het schutblad van de groep tekeningen in het Gemeentearchief. Een aantal namen komt in beide groepen voor: Willem Writs, Jan Gerard Waldorp, Pieter Louw, Jurriaan Buttner en Hendrik Schepper. In de tweede helft van de 18de eeuw maakten de tekengenootschappen een bloeiperiode door. De meeste genootschappen kwamen gedurende de wintermaanden ‚‚n of twee maal per week bijeen om te tekenen naar gekleed model. Het tekengenootschap Pax Artium Nutrix hield tussen omstreeks 1766 en 1788 zijn tekensessies in logement De Zon op de Nieuwendijk. Aanvankelijk poseerden de kunstenaars voor elkaar. De figuurstudies zijn nogal informeel, zowel wat houding betreft als tekenstijl. De modellen werden bijna allemaal ten voeten uit afgebeeld; de tekeningen zijn beslist geen portretten, maar puur oefeningen van verschillende houdingen. Niet alle personen die model zaten voor de tekenaars van Pax waren lid van het genootschap. Zoals Arend Fokke, die in 1765 hooguit tien jaar was en veel te jong voor lidmaatschap (cat. nr. 232). Ook het vrouwelijke model was niet lid, want vrouwen werden niet toegelaten (cat. nr. 227). Daarnaast ontbreken er enkele namen van kunstenaars die vermoedelijk wel lid zijn geweest, zoals Hendrik Kobell, Jurriaan Andriessen en Simon Fokke.