Burgemeester Gerrit Hooft (1684-1767) was net als zijn echtgenote Hester Hinlopen (1689-1767) een telg uit een rijke Amsterdamse koopmansfamilie. Zij behoorden tot de gegoede burgerij van Amsterdam, een wereld waarin iedereen elkaar kende, met elkaar huwde en elkaar de bal toespeelde. De festiviteiten ter gelegenheid van hun gouden bruiloft in 1757 zijn uitvoerig beschreven. De genodigden waren vanaf drie uur welkom in de grote zaal van het Oudezijds Herenlogement. Eerst werd een middagmaaltijd genoten. Om tien uur ’s avonds ging men opnieuw aan tafel, die voor 46 personen was gedekt met in het midden een ‘uitmuntend fraei Tafelcieraard’. Dit suikerwerkstuk was tien voet lang, drie voet breed en zeven voet hoog. Toen het op tafel werd gezet weergalmde de lucht van een algemeen gejuich, zowel van de bruiloftsgasten als van toeschouwers buiten het Herenlogement. Het kunstwerk werd niet opgegeten, maar stond na het feest in de etalage van de confiturier Adriaen Kok.