Deurkalf met allegorische voorstellingen

deurkalf, afkomstig van het in 1868 afgebroken pand Koestraat 5, van 1681 tot 1712 woonhuis en werkplaats van Jan van der Heyden (1637-1712), schilder, graveur en uitvinder. Het vermoedelijk oorspronkelijk beschilderde paneel was aangebracht boven de voordeur. Het toont temidden van acanthusbladeren twee zinnebeeldige voorstellingen van de belangrijkste vindingen van Van der Heyden: de straatverlichting en de slangbrandspuit. In het midden een wereldbol. Links de verdrijving van de krachten der duisternis door de nieuwe straatverlichting. De personificatie van de nacht, een gewapende dief en een vos met een prooi, vlucht voor het licht van een in het deurstuk opgenomen lantaarnmodel van Van der Heyden. Rechts de brandbestrijding, gesymboliseerd door een slang en een putto, beiden waterspuwend een vuurhaard bestrijdend. Op de voorgrond een salamander. Het deurstuk vormde met de twee gevelversieringen in de vorm van vlammen, twee stoepleuningen in de gedaante van slangen en een tweetal verzen in de vestibule een opmerkelijk iconografisch programma. In 1864 maakte C.N. Looman een tekening van het pand Koestraat 5, waarop deurkalf en de slangenleuningen te zien zijn. Ook tekende hij het reliëf afzonderlijk.

Deurkalf met allegorische voorstellingen

deurkalf, afkomstig van het in 1868 afgebroken pand Koestraat 5, van 1681 tot 1712 woonhuis en werkplaats van Jan van der Heyden (1637-1712), schilder, graveur en uitvinder. Het vermoedelijk oorspronkelijk beschilderde paneel was aangebracht boven de voordeur. Het toont temidden van acanthusbladeren twee zinnebeeldige voorstellingen van de belangrijkste vindingen van Van der Heyden: de straatverlichting en de slangbrandspuit. In het midden een wereldbol. Links de verdrijving van de krachten der duisternis door de nieuwe straatverlichting. De personificatie van de nacht, een gewapende dief en een vos met een prooi, vlucht voor het licht van een in het deurstuk opgenomen lantaarnmodel van Van der Heyden. Rechts de brandbestrijding, gesymboliseerd door een slang en een putto, beiden waterspuwend een vuurhaard bestrijdend. Op de voorgrond een salamander. Het deurstuk vormde met de twee gevelversieringen in de vorm van vlammen, twee stoepleuningen in de gedaante van slangen en een tweetal verzen in de vestibule een opmerkelijk iconografisch programma. In 1864 maakte C.N. Looman een tekening van het pand Koestraat 5, waarop deurkalf en de slangenleuningen te zien zijn. Ook tekende hij het reliëf afzonderlijk.