Spotprent op onenigheid tussen Willem III en de stad Amsterdam in 1690 wegens vermeende Fransgezindheid van de stad. Allegorie met een omvallende koets gevoerd door een geblinddoekte ruiter wiens mantel versierd is met franse lelies en getrokken door de twee op hol geslagen paarden Dronkenschap en Eerzucht. De paarden vertrappen Godsdienst, oranjeappels, nodige defensie, vaderland en de Unie; uit de wagen vallen de rentenier, burger, koopman en schipper. In het onderschrift een vers van twee regels.